Van stress naar bevlogenheid.
Is stress ook in uw organisatie een terugkerend probleem? Hebben medewerkers een te hoge werkdruk? Wacht niet tot het te laat is. Stress is beroepsziekte nummer 1 in Nederland. Dit is voor zowel werkgevers als werknemers een explosief probleem.
Bijna iedere organisatie heeft te maken met stress op het werk. Maar liefst 33% van het werk gerelateerde ziekteverzuim wordt veroorzaakt door stress. Van de Nederlandse werknemers zegt 40% vaak tot altijd, heel veel werk te hebben, 36% noemt het werk zelfs hectisch.
In 2013 waren er van de 266 ziekmeldingen per 100.000 werknemers, 96 het gevolg van ‘psychosociale arbeidsbelasting’. De geschatte kosten van arbeidsverzuim door stress bedragen jaarlijks 4 miljard euro. Werkstress kan leiden tot psychische en fysieke klachten. Het is van belang om snel in te grijpen, want verzuim dat eruit voort kan komen, duurt gemiddeld langer dan verzuim door andere oorzaken. Hugo Lumens Interactiemanagement helpt jou en je medewerkers in zes duidelijke stappen van stress naar bevlogenheid.
-
Ontspannen door bewegen en mediteren.
-
Ontdekken van drijfveren.
-
Opsporen van belemmeringen.
-
Ontwikkelen van (nieuwe) overtuigingen.
-
Onderhouden van sociale netwerk.
-
Oefenen, oefenen, oefenen.
Wil je meer weten? download dan nu mijn e-Book.
‘Bevlogenheid is een positieve, op gevoel gebaseerde toestand van opperste voldoening die gekenmerkt wordt door vitaliteit, toewijding en absorptie. Vitaliteit wordt op zijn beurt gekenmerkt door bruisen van energie, zich sterk en fit voelen, lang en onvermoeibaar met werken door kunnen gaan en beschikken over grote mentale veerkracht en doorzettingsvermogen. Toewijding heeft betrekking op een sterke betrokkenheid bij het werk; het werk wordt als nuttig en zinvol ervaren, is inspirerend en uitdagend, en roept gevoelens van trots en enthousiasme op. Absorptie ten slotte, heeft betrekking op het op een plezierige wijze helemaal opgaan in het werk, er als het ware mee versmelten waardoor de tijd stil lijkt te staan en het moeilijk is om er zich los van te maken’. (Schaufeli & Bakker 2001)